DE DOENER

De doener wil ervaringen opdoen en experimenteren. Dit betekent open staan voor nieuwe ervaringen en leersituaties. De doener wil ‘doen’, ergens aan beginnen en (snel) resultaat zien. Daarbij is sfeer, contact, meedoen met anderen en samenwerking belangrijk. Aanpassen aan anderen en nieuwe situaties gaat gemakkelijk. Men neemt soms onnodige risico’s.

Hoe leert de doener het beste?
De doener vindt het prettig om snel in actie te komen en kan soms tot actie overgaan zonder nadenken. Daarin kan de doener ook ongeduldig worden als het niet snel genoeg gaat. Het leren lukt het beste met de mogelijkheid om taken uit te voeren en eventueel samenwerking met anderen. De doener houdt van uitdaging en spanning waarin snel keuzes gemaakt moeten worden. Omdat de doener soms te werk gaat zonder nadenken is het belangrijk dat hij steeds achteraf kijkt hoe de taak is uitgevoerd. De doener houdt van humor en werkt graag in een ontspannen sfeer.

Optimale leeromgeving
De doener wil graag werken in een leeromgeving waarin hij doelgericht kan werken en tastbare resultaten kan behalen. Hij kan veel hebben aan kennis, informatie, structuur en planning van andere mensen om hem heen. Hij leert het beste als hij samenwerkt en taken krijgt die hij uit kan voeren. Terugkoppeling/feedback kunnen de doener helpen. Daarbij is een goed contact en ontspannen sfeer belangrijk. De doener moet zich vrij voelen om te reageren en uitgedaagd worden door zijn taken.